Geitenkinnebakje ….
Op mijn vensterbanken staan en liggen her en der kleinere of grotere ‘vindsels’, meegenomen als aandenken aan plezierige vakantiebestemmingen. Telkens als ik ze zie, wordt de herinnering aan een gouden strand, een grazige bergwei of een diepe rotskloof weer tastbaar.
Zo vind je tussen onze bloempotten onder meer een stukje verweerd kienhout uit de Camargue, een schitterend gepolijste steen van het strand van Lolland en een kunstig gedraaide stukje wortelstok uit de Ardêche.
En dit, wat macaber aandoend, gevalletje prijkt ook tussen de pronkstukken.
Ik zag het in de zon liggen blinken toen ik samen met Janneke in Pyreneese Alpen was en in zo’n typische jodelomgeving voor het eerst in mijn leven een grote groep vale gieren in de lucht zag zweven. Turend in de strak blauwe lucht, zag ik hoe ze zich van grote hoogte op een of andere voedselbron stortten en dichterbij komend gingen ze uiteraard voor ons op de wieken. Daar waar ze aanvankelijk waren geland, vond ik uiteindelijk wat restanten van wat ooit een berggeit leek te zijn geweest.
Dat kan een ander dan onsmakelijk vinden maar ik vind het geweldig om zo’n kinnenbakje, dat gelukkig helemaal schoon was gebleekt, op te pakken en mee te nemen als aandenken aan zo’n prachtige gebeurtenis.
Heel soms neem ik het behoedzaam in de handen, zodat de acht nog resterende kiezen er niet uit rammelen en zie in gedachten die grote machtige vogels weer boven onze hoofden rondcirkelen.